zondag, augustus 17, 2008

De beklimming van de Mont Ventoux

Dat ik al een tijd niets aan mijn blog heb toegevoegd betekend niet dat ik niet heb gefietst of ziek ben geweest. Ik heb de afgelopen drie weken vakantie gevierd in Frankrijk, Italië en Zwitserland. De vakantie begon op de camping in Bedoin welke als startpunt van de beklimming van de Mont Ventoux was gekozen. Normaal zou ik deze streek niet gauw als vakantie bestemming hebben gekozen, maar het is er zo goed bevallen dat we nog zeker een keer terug willen. We stonden op camping de pastorie wat een heerlijke rust garandeert. Een bijkomend voordeel is dat de camping spotgoedkoop is, zeker als je hem vergelijkt met campings aan de Italiaanse riviera, waar je de hoofdprijs betaald voor een klein plekje op een te volle camping.

Op de middag van de eerste dag dat we op deze camping stonden was ik al op de mountainbike gestapt met een halve fles water in mijn rugzak om wat in de omgeving te toeren. Dat ging aanvankelijk erg lekker en al gauw reed ik richting Mt Ventoux. In het begin van de rit was ik lekker fris maar in de warme middag-zon (30 graden) ging ik al snel flink zweten en het parcours werd steiler en steiler. Bij 1300m hoogte was het water op (en mijn energie ook), hier moest ik nog maar een keertje voor terug komen!



Op 29 juli was het zo ver en vertrok ik om 7:00 vanaf de camping nadat ik wat had gegeten en dit keer met een volle fles water. In de frisse ochtend lucht ging het stukken beter, maar toch breekt de klim je op de duur aardig op, er is bijna geen plek waar je even rust kan houden zonder van de fiets af te stappen. En afstappen is natuurlijk taboe, dat doe je niet!

Ik merkte wel (wat ik natuurlijk al wist) dat ik bepaald geen klimmer ben, samen met het gewicht van mijn mountainbike kom ik ruim over de 100Kg en dat werkt bepaald niet mee. De meeste andere fietsers, en dat zijn er nogal wat aangezien het hier een soort klimmers-bedevaartsoord is, zijn kleine lichte mannetjes.


Het klimmen ging gestaag door, het is gewoon een kwestie van doorzetten. Het grootste deel van de klim gaat door het bos, maar wanneer je uiteindelijke het bos verlaat ben je er nog lang niet. Als er in het bos nog enige beschutting tegen de zon was dan is die nu verdwenen, nu brand de zon op je. Gelukkig stond er wel een frisse wind en kon ik toch nog redelijk doorrijden. Een paar fietsers reden me voor bij maar ik ging wel gelijk op met een andere mountain biker. Soms ging ik voor, even later nam hij weer het voortouw. Dat ging zo door tot zo'n 100m onder de top. Plots trapte ik door en even later lag ik plat op de weg, de ketting was gebroken. Dat betekende dat ik moest lopen hetgeen langzamer ging dan fietsen. Bovengekomen hielpen een paar behulpzame Fransen met het repareren van de ketting. Bij het wat lager gelegen restaurant had ik de gelegenheid om mijn handen, zwart van het kettingsmeer, weer schoon te wassen. De terugweg naar beneden was als een beloning voor de verrichte arbeid. Het hele stuk naar Bedoin kan je uitrijden zonder maar even te hoeven trappen. De snelheid liep op tot een maximum van 75km per uur op de steilste stukken. Ik geloof wel dat ik deze vakantie het grootste deel van mijn remblokjes heb versleten.

Een ander groot voordeel van vroeg in de ochtend naar boven fietsen is dat er dan nog maar weinig niet-fietsers zijn. Dat was me bij de eerste poging nogal tegengevallen: de lucht van verbrande koppelingsplaten en remblokken beneemt je de adem wanneer de auto's continue af en aanrijden van en naar de top van de berg.







Twee dagen later heb ik het ritje nog eens over gedaan. Nu was ik een uurtje later vertrokken en dat was aan de warmte duidelijk te merken. Dit keer hield de ketting zich goed en bereikte ik de top in 1 keer in een tijd van even boven de twee uur.

Volgende keer mijn buik inhouden!












Samen met Michelle op de foto bij het monument van Tom Simpson

3 opmerkingen:

DeMart zei

Welkom bij de Ventouxbedwingers!

Mick zei

Ook erg geschikt voor bergtochten lijkt me is de GPS.
Enkele maanden geleden ben ik (met de bus plaatslijke dienstbus, tamelijk luxe touringbussen eigenlijk) van Madrid naar de hoofdstad van La Rioja gereden(Spanje ja).
Een rit van 'n kleine 400km.
Logroño ligt veel hoger (en is daardoor koeler)dan Madrid en de kurketrekker-route erheen kan ik me nog goed heugen!
Zelfs als passagier was ik dolblij met mijn, nog brandnieuwe, Garmin E-trex (Vista)navigatie-systeemje: Omdat je zo'n scherpe bocht -naar rechts of naar links?-dan tenminste aan kan zien komen.
Dat hielp aardig tegen de misselijkheid zo de ravijnen inkijkend...
Die had ik bij mijn tocht naar Barcelona met de motor (zo 1996) al bij me moeten hebben door de franse en spaanse pyreneeen!
Dan kom je er wel achter waarom je bergaf in onbekend berggebied echt niet sneller gaat doen dan bij het klimmen!
Voelt 'n mens zich dan heel klein bij.

Anoniem zei

Harstikke goed Eduard, op een mountainbike nog wel!
Ook nog op de stoere kant geklommen.
Ik deed het in 2005 op de fiets van m'n vriendin in een tijd van 1u55.
Het enig leuke was de afdaling, met een groep 65plussers. Plat op de buik tegen de 80 km/u. Jahoeehhh!
Ik vond het wel mooi zo, zij gingen gelijk weer terug om alle 3 die beklimming die dag nog af te maken......
Quest 66, BrandweerQuest